De haat voorbij

Lees hier de column van dinsdag 15 augustus 2023.

Begin juni schreef ik in mijn column over twee Joodse zusjes die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Oldebroek ondergedoken zaten. Een van de zusjes, de 87-jarige Maud Peper – Dahme, vertelt nog steeds op scholen en universiteiten over de Holocaust en organiseert jaarlijks een excursie voor studenten en docenten naar Europa. Historische plaatsen zoals  Berlijn en de vernietigingskampen Auschwitz en Theresienstadt worden bezocht, maar de reis eindigt in Oldebroek en Elburg waar ze haar eigen onderduikadressen laat zien. Eind juli was er zo’n excursie en na afloop van deze studiereis gaf ze een lezing in Oldebroek. Ik mocht haar ontmoeten en ontving uit haar handen het boek ‘Chocola - de smaak van de vrijheid’.

Natuurlijk heb ik het boek gelijk opengeslagen en las ik nu meer details over haar tijd in onze gemeente. De zusjes waren 6 en 4 jaar oud toen ze in Amersfoort van hun ouders werden gescheiden. Ouders die hun kinderen meegaven met onbekenden, niet wisten waar ze terecht zouden komen... Hoe wanhopig moet je zijn om dat te kunnen. Hoe moedig. In haar boek zegt Maud dan ook dat zij haar leven, en het leven van haar kinderen te danken heeft aan die moed. Maar ook aan de moed van die onbekenden die hun leven in de waagschaal stelden door de zusjes een thuis te geven. Ze kregen via de Oldebroeker Jan Kanis, die bij de PTT in Amersfoort werkte, een veilig onderduikadres op de boerderij van Hendrik Spronk en Coba Spronk – Flier aan de Zuiderzeestraatweg 366 in Oldebroek. Eind 1944 werd het in onze gemeente te gevaarlijk en kregen ze een nieuw onderduikadres bij de familie Westerink aan de Beekstraat 3 in Elburg. Het gezin overleefde de oorlog. Door de dreiging van de Koude Oorlog emigreerden de familie in 1950 naar de Verenigde Staten. In 1957 verhuisde Maud met haar man naar New Jersey, waar ze nog altijd woont en inmiddels vier kinderen en negen kleinkinderen en twee achterkleinkinderen heeft.

Sinds 1982 heeft Maud zich ingezet om onderwijs te geven over de Holocaust. Maar dat betekent ook dat, sinds haar emigratie naar de VS, ze ruim dertig jaar ‘gewoon’ haar leven heeft geleefd en doorging voor en met haar gezin. Ze heeft haar leven opgebouwd en is ‘pas’ in de jaren 80 begonnen met praten en delen over de oorlog. Toen een kennis van haar de Holocaust (deels) ontkende. En misschien was die tijd nodig. Zodat beelden woorden kregen, zodat verhalen konden rijpen. Zoals ze zelf schrijft: “We kunnen niet leven onder de last van onze haat”. Vanaf dat moment kon ze op een hele mooie manier haar ervaringen inzetten om de toekomst beter te maken. Om een verschil te maken.

En daar kunnen we veel van leren; de haat voorbij. Want hoewel Maud schrijft over “de nazi’s begonnen als pestkoppen en ontwikkelden zich tot moordenaars”, schrijft ze ook over alle tinten daar tussenin. Niet alles is zwart of wit. Niet alles is goed of fout. Ik vind het indrukwekkend en inspirerend als je zo kunt kijken en terugkijken. En natuurlijk is het waar, want als je goed luistert, hoor je tussen de lelijke woorden door de behoefte aan liefde. En als je goed kijkt, zie je door de gemene blikken eigenlijk een gekwetst hart. En ja, sommige mensen doen afschuwelijke dingen die niet uit te leggen zijn, die we eigenlijk niet willen en kunnen verklaren. Maar we kunnen ook groepen mensen niet aanrekenen wat eenlingen doen. Een mooie boodschap van Maud. Soms moeten we even uit de ‘oorlog’ stappen en niet onze boosheid, maar onze zachtheid gebruiken. Om niet alleen te kijken, maar te zien. Niet alleen te horen, maar echt te luisteren. Om te kunnen leven, overleven en om te kunnen samenleven.

Tanja Haseloop – Amsing
burgemeester