Slag in de Javazee

Lees hier de column van dinsdag 27 februari 2024.

Vandaag is het 27 februari. Een bijzondere datum in onze geschiedenis, een bijzondere datum voor veel mensen in ons land. Vandaag ben ik in Den Haag bij de herdenking van de Slag in de Javazee. Ik weet dat dit heel veel mensen niet direct iets zegt. Tegelijkertijd zijn er ook veel mensen die op deze datum stilstaan bij dat wat er meer dan 80 jaar geleden gebeurde aan de andere kant van de wereld. Gebeurtenissen die van grote invloed zijn geweest op de levens van heel veel mensen, toen en in sommige gevallen nog steeds.

In 1942 kwamen tijdens de Slag in de Javazee zo’n 2300 marinemannen om, onder wie ruim 900 Nederlanders. Zij streden met Amerikanen, Australiërs en Britten tevergeefs tegen de Japanners om de verovering van Java te voorkomen. De zeeslag duurde drie dagen en liep uit op een grote nederlaag voor de geallieerden. Aan Japanse kant sneuvelden ‘slechts’ tien militairen.

Dit was de slag waarmee Japan zijn heerschappij over geheel Oost-Azië bezegelde. Toen Nederlands-Indië bezet werd door Japan werden buitenlandse burgers en krijgsgevangen militairen vastgezet in Japanse concentratiekampen, ook wel jappenkampen genoemd. Mensen moesten dwangarbeid verrichten en werden hard en wreed behandeld. Er was een groot tekort aan voedsel, water en medicijnen. De gevangenen stierven na verloop van tijd vaak vanzelf. Dit gold niet alleen voor buitenlandse mensen, maar ook voor Indonesische mensen die bijvoorbeeld werkten voor de Nederlandse overheid of militairen van het KNIL (Koninklijk Nederlands-Indisch Leger).

Na de oorlog hadden overlevenden van die kampen vaak trauma’s die niet alleen van invloed waren op hun eigen leven, maar ook op dat van hun kinderen, en in sommige gevallen hun kleinkinderen. Het zijn verhalen die we ons bijna niet kunt voorstellen. Maar toch zijn er nog heel veel mensen die deze verhalen uit eerste of tweede hand kennen. Wiens opa heeft gestreden op zee of wiens oma gevangen werd gezet. Onmenselijke verhalen over échte mensen. Mijn opa was een van de gelukkigen die als militair de Slag in de Javazee heeft overleefd. Maar ook hij was getekend door dat wat hij had meegemaakt. En de ervaringen in de Tweede Wereldoorlog waren van invloed op het leven van zijn kinderen, en daarmee ook op dat van mij.
 
Hoewel ik schrijf dat we het ons bijna niet kunnen voorstellen zien we het natuurlijk dagelijks op tv. Want er wordt op heel veel plekken in de wereld nog steeds gevochten. Oekraïne, Israël, Palestina, Afghanistan, Irak, Iran, Jemen, Libanon enz. enz. Allemaal plekken waar opa’s, oma’s, vaders, moeders en kinderen op dit moment onveilig zijn. Vechten. Sneuvelen. Trauma’s oplopen. Het is vreselijk en ik wil er het liefst niet over nadenken. Maar we kunnen niet wegkijken.

Daarom ben ik vandaag in Den Haag. En denk ik aan mijn opa en al die mensen die toen en daarna moesten leven met de gevolgen van dingen waar ze geen invloed op hadden, maar waar ze wel onder leden en lijden. Maar ook denk ik aan alle mensen die hier nu, op dit moment, mee te maken hebben. Mensen die op zoek zijn naar veiligheid. Voor wie vrijheid niet zo vanzelfsprekend is als het dat voor ons is. Dat maakt mij dankbaar en verdrietig tegelijk. Laten we die gedachten, die zorgen en die emoties met elkaar delen. Laten we helpen waar we kunnen, en samen hopen dat er een moment komt dat dit niet meer nodig is.

Tanja Haseloop – Amsing
burgemeester