Planschade, extra informatie

Wat is planschade?

Planschade is een tegemoetkoming in schade die ontstaat door een planologische wijziging. Deze planologische wijziging kan een wijziging in een bestemmingsplan of een concreet planologisch besluit, zoals afwijkingen van het bestemmingsplan, zijn. Dit soort besluiten kunnen gevolgen hebben voor de grondeigenaren in de directe omgeving van de plek waar gebouwd wordt. Bijvoorbeeld vermindering van privacy, toename van geluidshinder of een toename van verkeersoverlast. Kort gezegd: de omgeving kan planschade ondervinden als gevolg van bouwen in de buurt.

Hoe ontstaat planschade?

Een wijziging in de planologie leidt tot een nieuwe situatie. De omgeving verandert. Dat kan nadelen hebben voor omwonenden, eigenaren van onroerend goed of eigenaren van grond in de directe omgeving. Een paar voorbeelden:

  • een vrij, groen uitzicht mag worden bebouwd met woningen of appartementen;
  • op een perceel mag niet meer worden gebouwd;
  • door de verbreding of de aanleg van een weg neemt de geluidsoverlast toe.

Deze wijzigingen brengen mogelijk planschade met zich mee. Deze schade is vast te stellen en eventueel te vergoeden.

Komt u in aanmerking voor een tegemoetkoming in schade?

Op grond van artikel 6.1 Wet ruimtelijke ordening (Wro) kent het college van B&W, mits voldaan is aan een aantal voorwaarden, op verzoek een tegemoetkoming in schade toe aan degene die vermogens- of inkomstenschade lijdt door een planologische wijziging. In hoeverre u voor planschade in aanmerking komt, is afhankelijk van een toets die de onafhankelijke planschadebeoordelingscommissie verricht. U moet wel als 'belanghebbende' worden aangemerkt. De planschadebeoordelingscommissie beoordeelt of u 'belanghebbende' bent, nadat u een aanvraag voor tegemoetkoming in planschade bij de gemeente heeft ingediend. Ook kunt u een aanvraag voor planschade indienen, wanneer u geen bezwaar of beroep heeft ingediend tegen de planologische wijziging.

Is er sprake van een planologische verslechtering?

De planschadebeoordelingscommissie bekijkt zowel het oude als het nieuwe bestemmingsplan (of de afwijking). En bepaalt of er sprake is van een planologische verslechtering. Van een planologische verslechtering is sprake als een belanghebbende met het nieuwe planologische plan slechter af is dan met het oude planologische plan. Een misverstand dat hierbij vaak blijkt te bestaan is het feit dat verzoekers de oude feitelijke situatie vergelijken met de nieuwe situatie. Wat er voorheen feitelijk aanwezig was, is voor planschade echter niet van belang. Belangrijker is om te weten wat er op grond van het oude bestemmingsplan had kunnen komen. Daarbij wordt rekening gehouden met de maximale mogelijkheden van dat oude plan. Een voorbeeld: er stond niets achter uw perceel (feitelijk), maar er kon volgens het oude bestemmingsplan een schuur worden gebouwd (planologisch). Van deze bouwmogelijkheid is echter nooit gebruik gemaakt. Nu wordt er in het nieuwe plan een woning gebouwd, wat mogelijk wordt gemaakt door het bestemmingsplan. Dat er nooit van de oude bouwmogelijkheden gebruik is gemaakt is niet van belang. Het gaat om wat planologisch mogelijk was en is.

Wanneer kunt u om planschade vragen?

U kunt planschade aanvragen wanneer de planologische wijziging definitief is. Dit betekent dat er geen bezwaar en/of beroep meer loopt. Vanaf het moment dat de planologische wijziging definitief is, heeft u 5 jaar om een aanvraag in te dienen. Deze termijn is wettelijk bepaald. Als u de aanvraag een dag te laat indient, betekent dit dat wij uw aanvraag niet in behandeling nemen.

Hoe verloopt de procedure voor tegemoetkoming in schade?

  • U dient het volledig ingevulde aanvraagformulier voor planschadevergoeding in bij het college van B&W van Oldebroek.
  • Na ontvangst van uw aanvraagformulier beoordelen wij of de aanvraag aan alle formele vereisten voldoet. U krijgt hiervan schriftelijk bericht. Als uw aanvraag niet aan de formele vereisten voldoet, krijgt u de gelegenheid om hier alsnog aan te voldoen.
  • Als de aanvraag voldoet, vragen wij u om het wettelijke drempelbedrag van € 300,- binnen 4 weken over te maken naar de gemeente Oldebroek.
  • Zodra u het drempelbedrag betaald heeft, schakelen wij een onafhankelijke planschadebeoordelingscommissie in. Tenzij uw aanvraag ‘kennelijk niet-ontvankelijk’ of ‘kennelijk ongegrond’ is. In dat geval informeren wij u hierover. Een voorbeeld van ‘kennelijk niet-ontvankelijk’ is als het drempelbedrag niet is betaald. ‘Kennelijk ongegrond’ betekent dat het zeker is dat uw aanvraag niet tot een positieve beslissing zal leiden.
  • De planschadebeoordelingscommissie stelt een advies op. Voordat zij een advies opstelt, organiseert zij een hoorzitting waarbij u in de gelegenheid gesteld wordt uw aanvraag mondeling toe te lichten. Ook de gemeente wordt voor deze hoorzitting uitgenodigd. Als er nog een derde partij bij betrokken is, krijgt ook die hiervoor de gelegenheid. Vaak wil de commissie de zaak ter plaatse nog bekijken.
  • Voordat het advies definitief wordt gemaakt, krijgen u en de gemeente de gelegenheid om schriftelijk te reageren op dit advies. Als er nog een derde partij bij betrokken is, krijgt ook die hiervoor de gelegenheid.
  • Het college van B&W neemt op basis van het definitieve advies van de planschadebeoordelingscommissie een besluit over uw aanvraag op de tegemoetkoming in schade.

Wat bepaalt de hoogte van het schadebedrag?

Deze is afhankelijk van de wegingsfactoren die de planschadebeoordelingscommissie betrekt op uw aanvraag. U moet rekening houden met een 'eigen risico' van minimaal 2% van het beoordeelde waardeverschil. Dit wettelijke percentage blijft voor uw rekening omdat de wetgever ervan uit gaat dat wij deel uitmaken van de maatschappij waarbinnen allerlei ontwikkelingen redelijkerwijs toch mogelijk moeten blijven.

Kon u de planologische wijziging zien aankomen?

Kon ten tijde van het verkrijgen van uw eigendom of inkomensderving redelijkerwijs worden verwacht dat u op de hoogte was van planologische wijzigingen die in uw nadeel werken? Dit vraagstuk ziet toe op de voorzienbaarheid. De gemeente vergoedt alleen de schade die u niet aangerekend kan worden.

Passieve en actieve risicoaanvaarding

De gemeente vergoedt alleen die schade die u niet heeft kunnen voorzien en die niet op een andere manier wordt vergoed (bijvoorbeeld door het teruggeven van bouwgrond). Als u grond of onroerend goed koopt terwijl u weet dat er planologische wijzigingen aankomen, aanvaardt u volgens de wet de mogelijke planschade.

Hetzelfde geldt als u al eigenaar bent van grond of onroerend goed. Als u langere tijd geen gebruik maakt van de mogelijkheid om te bouwen of om bestaande bebouwing aan te passen, neemt u het risico dat dit in de toekomst niet meer mogelijk is. Volgens de wet bent u dan te passief geweest, u heeft te lang stil gezeten. In beide situaties heeft u dan geen recht meer op een tegemoetkoming in planschade.

Het besluit over uw aanvraag om tegemoetkoming in schade 

Het college van B&W neemt het besluit over uw planschadeaanvraag. Dit besluit kan positief of negatief voor u uitvallen.

  • Bij een positief besluit wordt de tegemoetkoming in schade overgemaakt naar een door u opgegeven rekeningnummer.
  • Bij een negatief besluit krijgt u geen planschadevergoeding.

Tegen het besluit over uw planschadeverzoek staan altijd bezwaar- en beroepsmogelijkheden open. In ons definitieve besluit attenderen wij op uw mogelijkheden van rechtsbescherming.